Deze foto;
2 auto’s met de bijbehorende 4 surveillanten van de groep onopvallende surveillance (GOS). Wie zien we? Van links naar rechts Willem van Zuilekom, Tim Moerland, Nico Woltil en Guus de Wit. De beide voertuigen zijn links een BMW 6 cilinder met kenteken HG-24-KS en dus deze Opel Manta GTE met kenteken 88-TJ-18 en roepnummer Alex 1511. Van beide voertuigen is geen roepnummer bekend.
Zuiderhoek aan het woord over een angstige 20 minuutjes met humoristische afloop in deze opvallend gekleurde onopvallende Opel: “Het was het einde van een onze eerste surveillancedag op rij en we zaten in het stikdonker op de zuidbaan van de A12 west, tussen Gouda en Utrecht. Het was krap aan met de brandstof; zouden we het gaan halen naar de Shell-pomp op het AVD-terrein in Driebergen of niet……. En onder Bunnik gebeurde wat we vreesden: we vielen stil. Dus de Opel geparkeerd op de vluchtstrook. Netjes gevarendriehoek erachter. En via de mobilofoon de Alex in Driebergen gevraagd om een afsleep. Wegens een “probleem met de motor.” Een paar minuten later stoof ons een Porsche van de dienst voorbij. Die uiteraard zijn remparachute ontvouwde, op de vluchtstrook tot stilstand kwam en achteruit in onze richting stierde. Eruit stapte onder andere collega Henk Horden. “Ja, we hebben een probleempje met de koeling van de motor dus als je ons een sleepje wilt geven naar Driebergen, graag………………. Zet ons dan maar even af op het Frackersplein (voor de niet-AVD-ers: dit was het centrale pleintje op de AVD-basis in Driebergen) als je wilt. Daar ergens bij de pomp, dan redden we ons wel.” Zo gezegd zo gedaan. Maar Henk wilde blijkbaar ook graag naar huis. Want de sleep van Bunnik naar Driebergen ging met snelheden van ver boven de honderd in het uur. Ik ben niet zo gauw bang maar dat waren wel angstige momenten, zo in het pikkedonker. Henk en zijn maatje zullen wel enorm veel pret gehad hebben tijdens dat ritje.
Zoals je misschien wel weet is een auto slepen geen kunst. Het is de bestuurder van het getrokken voertuig die juist heel goed moet opletten. Zodat de sleepkabel strak blijft staan. Dus je kunt je indenken dat bijvoorbeeld zo’n stukje afrit van de A12 in Driebergen spannend was. Zeker omdat onze landingssnelheid nogal hoog lag.
Hoe het ook zij, einde afrit rechts en na 50 meter weer rechts, het AVD-terrein op. Om gebouw C heen. En bij de pomp gooide Horden de kabel los. Ik stapte uit, tankte de Opel af, stapte weer in en reed doodleuk naar gebouw G, de autostalling. Kijk, onderweg had Henk Horden vermoedelijk plezier. Maar zijn gezicht toen ik naar gebouw G reed………………goud waard.
Achtergronden Groep Onopvallende Surveillance (GOS).
De GOS ontstond rond 1970 en kwam voort uit de Traffipax Surveillancegroep (TSG). De mannen van de GOS werkten in eenzelfde tweedaagse surveillancesysteem als de groep Surveillance Autosnelwegen (SAS / de Porsches en de latere Mercedessen). Dat betekende dus een dienst van 12 uur, onderweg in den lande slapen, dan weer een twaalf uursdienst, twee dagen vrij waarna de cyclus zich herhaalde. Er was een periode waarin de GOS-surveillanten, in tegenstelling tot de collega’s in de opvallende voertuigen, géén verplichte surveillancetrajecten meekregen. Ze waren vrij om na het uitrijden van de poort in Driebergen hun eigen koers te bepalen. Typerend hiervoor is wat voormalig GOS-surveillant Nico Woltill in 2020 vertelt: “Op een ochtend hadden mijn maatje Guus de Wit en ik hadden onze administratie gereed. We vroegen onszelf af welke kant we die aankomende twee dagen uit zouden gaan. Ik spreidde de kaart van Nederland uit, deed mijn ogen dicht en prikte een locatie. Het was écht een schitterende tijd. Er waren dagen dat we met twee verbalen binnenliepen maar vaker waren het er enkele tientallen.” “En als we ergens hadden gecontroleerd op kenteken dan kon dat aantal ook zo maar oplopen naar een stuk of 70, aldus oud GOS-surveillant Frans Zuiderhoek bij zijn afscheid van de politie, eveneens in 2020.
Bij een interne reorganisatie in 1982 werd de GOS opgeheven. Vanaf dat moment werden de onopvallende surveillancevoertuigen verdeeld over de surveillance-eenheden (SE’s), zowel in Driebergen als op de steunpunt in Assen, Ouder Amstel, Breda, Grathem en het latere Wolfheze.
Dit type voertuig (technische gegevens);
4-cilinder Opel Manta GTE van het zogenaamde B-model wat in Antwerpen (België) van 1975 tot 1988 van de productielijnen rolde. Bedoeling van Opel was om deze auto te laten concurreren met onder andere de Volkswagen Golf GTI.
De letter E in de type-aanduiding GTE staat voor “einspritzung” ofwel inspuiting van de benzine in het 2 liter motorblok (1978 CC).
De Opel Manta GTE werd standaard geleverd met een frontspoiler en zwarte raamlijsten. Optioneel was een matzwarte motorklep.
De GTE had een vermogen van 110 PK, een topsnelheid van 187 kilometer per uur en een sprint van 0 – 100 kilometer per uur in 10 seconden rond.
Binnen de GOS was de GTE een graag gezien surveillancevoertuig.